“De liefde van Christus dringt ons”
2 Korintiërs 5:14

Wat betekent het om door de liefde van Christus gedrongen te worden?

Een christen wordt door de liefde van Christus krachtig gemotiveerd om God met hart en ziel te dienen!

In dit verband betekent het woord dat als ‘dringt’ [συνέχω] vertaald wordt, dat wij krachtig gemotiveerd worden om een voorgeschreven gedragslijn te volgen. Dit betekent niet dat wij gedwongen worden om dit te doen. Wij worden gedrongen, niet gedwongen. Maar een impuls, in dit geval de liefde van Christus, is zo groot dat wij verplicht worden op een gepaste wijze te reageren.

Paulus verklaart de dringende kracht in zijn eigen leven. Zijn doel is God te behagen en anderen te overtuigen (de verzen 9 t/m 11). De motiverende kracht is de liefde van Christus: “Want de liefde van Christus dringt ons, daar wij tot het inzicht gekomen zijn, dat één voor allen gestorven is. Dus zijn zij allen gestorven. En voor allen is Hij gestorven, opdat zij, die leven, niet meer voor zichzelf zouden leven, maar voor Hem, die voor hen gestorven is en opgewekt” (2 Korintiërs 5:14, 15).

Wat als iemand zijn leven gaf om uw leven te redden? Zou u dankbaar zijn? Zonder zijn hulp was u dood.

Wat als Hij uw leven heeft gered om u eeuwig te laten leven? Jezus heeft ons leven gered. Uit dankbaarheid leven wij voor Hem. Door de liefde van Christus worden wij gedrongen.


Hoe kunnen wij de liefde van Christus kennen?

Alleen als wij de liefde van Christus kennen, kan Zijn liefde een motiverende kracht in ons leven zijn.

Paulus heeft gebeden dat zijn medechristenen deze liefde mochten kennen: “Om die reden buig ik mijn knieën voor de Vader, naar wie alle geslacht in de hemelen en op de aarde genoemd wordt, opdat Hij u geve, naar de rijkdom van zijn heerlijkheid, met kracht gesterkt te worden door zijn Geest in de inwendige mens, opdat Christus door het geloof in uw harten woning make. Geworteld en gegrond in de liefde, zult gij dan samen met alle heiligen, in staat zijn te vatten, hoe groot de breedte en lengte en hoogte en diepte is, en te kennen de liefde van Christus, die de kennis te boven gaat, opdat gij vervuld wordt tot alle volheid Gods” (Efeziërs 3:14 t/m 19).

Als kleine kinderen hebben velen onder ons gezongen, “Jezus mint mij, Zalig lot, ’k Weet dit uit het Woord van God”. Dit lied werd door Anna Warner in 1860 geschreven voor een roman van haar zuster, Susan Warner. In het boek zingt een zondagschool onderwijzeres ‘Jezus mint mij’ aan een kind dat aan het sterven is. De wijs en het refrein werden twee jaar later door William Bradbury geschreven.

Ja, uit de Schrift leren wij de liefde van Christus kennen.

Hoe weten wij dat iemand ons liefheeft? Door wat hij ons geeft en wat hij voor ons doet. Wat heeft Jezus ons gegeven en voor ons gedaan?


Uit liefde heeft Jezus Zichzelf voor ons gegeven.

“Wandelt in de liefde, zoals ook Christus u heeft liefgehad en Zich voor ons heeft overgegeven als offergave en slachtoffer, Gode tot een welriekende reuk” (Efeziërs 5:2); “die zelf onze zonden in zijn lichaam op het hout gebracht heeft, opdat wij, aan de zonden afgestorven, voor de gerechtigheid zouden leven” (1 Petrus 2:24); “die Zich voor ons heeft gegeven om ons vrij te maken van alle ongerechtigheid, en voor Zich te reinigen een eigen volk, volijverig in goede werken” (Titus 2:14).

Het plaatsvervangende offer van Christus was de motiverende kracht in het leven van Paulus. “Met Christus ben ik gekruisigd, en toch leef ik, (dat is), niet meer mijn ik, maar Christus leeft in mij. En voor zover ik nu (nog) in het vlees leef, leef ik door het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en Zich voor mij heeft overgegeven” (Galaten 2:20).


Uit liefde is Jezus voor ons gestorven.

“God echter bewijst zijn liefde jegens ons, doordat Christus, toen wij nog zondaren waren, voor ons gestorven is” (Romeinen 5:8). “Want God heeft ons niet gesteld tot toorn, maar tot het verkrijgen van zaligheid door onze Here Jezus Christus, die voor ons gestorven is, opdat wij, hetzij wij waken, hetzij wij slapen, tezamen met Hem zouden leven” (1 Tessalonicenzen 5:9, 10). “Hieraan hebben wij de liefde leren kennen, dat Hij zijn leven voor ons heeft ingezet; ook wij behoren dan voor de broeders ons leven in te zetten” (1 Johannes 3:16).


Uit liefde gaf Jezus ons het woord van God.

Toen Hij voor Zijn volgelingen bad, zei Jezus, “Ik heb hun uw woord gegeven” (Johannes 17:14). “Want de woorden, die Gij Mij gegeven hebt, heb Ik hun gegeven en zij hebben ze aangenomen en in waarheid erkend, dat Ik van U ben uitgegaan, en zij hebben geloofd, dat Gij Mij gezonden hebt” (Johannes 17:8). “Heilig hen in uw waarheid; uw woord is de waarheid” (Johannes 17:17).


Uit liefde gaf Jezus ons het recht kinderen van God te worden.

“Maar allen die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht gegeven kinderen van God te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven; die niet uit bloed, niet uit de wil van vlees en ook niet uit de wil van een man, maar uit God geboren zijn” (Johannes 1:12, 13 HSV).

Om een kind van God te worden, moet men “wederom geboren worden” (Johannes 3:7), “uit water en Geest” (Johannes 3:5).

Deze is geen lichamelijke geboorte. Die kan niet door de wil van een mens op eigen wijze tot stand komen.

Deze is een geestelijke geboorte, die uitsluitend uit de wil van God op Zijn wijze door Zijn woord volbracht kan worden. “Naar zijn raadsbesluit heeft Hij ons voortgebracht door het woord der waarheid” (Jakobus 1:18), “als wedergeborenen niet uit vergankelijk, maar uit onvergankelijk zaad, door het levende en blijvende woord van God” (1 Petrus 1:23).

Uit liefde heeft Jezus ons Gods woord geschonken waardoor wij kinderen van God kunnen worden indien wij geloven. “Zo is dan het geloof uit het horen, en het horen door het woord van Christus” (Romeinen 10:17).

Merk op dat een gelovige niet automatisch kind van God is, maar macht ontvangt om kind van God te worden.

Het geloof van velen wordt nooit door gepaste gehoorzaamheid vervolmaakt. Zie Jakobus 2:22 waar staat dat het geloof van Abraham door werken werd vervolmaakt. “En toch geloofden ook velen van de leiders in Hem, maar vanwege de Farizeeën beleden zij het niet, opdat zij niet uit de synagoge geworpen zouden worden” (Johannes 12:42 HSV). “Geloof alleen” is dood geloof (Jakobus 2:14 t/m 26).

Om kind van God te worden, moet een gelovige het evangelie gehoorzamen (Romeinen 10:16; 2 Tessalonicenzen 1:8; 1 Petrus 4:17), wat inhoudt dat hij Christus voor de mensen mondelings moet belijden (Matteüs 10:32; Romeinen 10:10), dat hij zich moet bekeren (Lucas 13:3; Handelingen 3:19) en dat hij zich tot vergeving van zonden moet laten dopen (Handelingen 2:38) om behouden te worden (Marcus 16:16; 1 Petrus 3:21).

“Maar toen de goedertierenheid en mensenliefde van onze Heiland (en) God verscheen, heeft Hij, niet om werken der gerechtigheid, die wij zouden gedaan hebben, doch naar zijn ontferming ons gered door het bad der wedergeboorte en der vernieuwing door de heilige Geest, die Hij rijkelijk over ons heeft uitgestort door Jezus Christus, onze Heiland” (Titus 3:4 t/m 6).

Uit liefde heeft Jezus ons macht gegeven om door wedergeboorte “uit water en Geest” kinderen van God te worden (Johannes 3:5). “Ziet, welk een liefde ons de Vader heeft gegeven, dat wij kinderen Gods genoemd worden, en wij zijn het (ook)” (1 Johannes 3:1).


Uit liefde pleit Jezus voor ons.

“Wij hebben een voorspraak bij de Vader, Jezus Christus, de rechtvaardige; en Hij is een verzoening voor onze zonden” (1 Johannes 2:1, 2).

“Wie zal uitverkorenen Gods beschuldigen? God is het, die rechtvaardigt; wie zal veroordelen? Christus Jezus is de gestorvene, wat meer is, de opgewekte, die ter rechterhand Gods is, die ook voor ons pleit” (Romeinen 8:33, 34).

“Hoe zal Hij, die zelfs zijn eigen Zoon niet gespaard, maar voor ons allen overgegeven heeft, ons met Hem ook niet alle dingen schenken?” (Romeinen 8:32).

Welke liefde kan groter dan deze zijn? Jezus heeft de straf voor onze zonden op Zich genomen en pleit nu voor ons bij de Vader!

“Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? Verdrukking of benauwdheid, of vervolging of honger, of naaktheid, of gevaar, of het zwaard? Gelijk geschreven staat: Om Uwentwil worden wij de ganse dag gedood, wij zijn gerekend als slachtschapen. Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem, die ons heeft liefgehad” (Romans 8:35 t/m 37).

Christenen ondergaan de narigheden van het leven zoals iedereen, en worden ook nog aangevallen en vervolgd door de vijanden van God in hemel en op aarde.

Toch worden wij nooit van de liefde van Christus gescheiden: “Want ik ben verzekerd, dat noch dood noch leven, noch engelen noch machten, noch heden noch toekomst, noch krachten, noch hoogte noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde Gods, welke is in Christus Jezus, onze Here” (Romeinen 8:38, 39).


Uit liefde wil Jezus ons bij Zich hebben.

“En de heerlijkheid, die Gij Mij gegeven hebt, heb Ik hun gegeven, opdat zij één zijn, gelijk Wij één zijn: Ik in hen en Gij in Mij, dat zij volmaakt zijn tot één, opdat de wereld erkenne, dat Gij Mij gezonden hebt, en dat Gij hen liefgehad hebt, gelijk Gij Mij liefgehad hebt. Vader, hetgeen Gij Mij gegeven hebt - Ik wil, dat, waar Ik ben, ook zij bij Mij zijn, om mijn heerlijkheid te aanschouwen, die Gij Mij gegeven hebt, want Gij hebt Mij liefgehad vóór de grondlegging der wereld” (Johannes 17:22 t/m 24).


Gans de bijbel helpt ons de liefde van Christus te verstaan.

In deze teksten over de liefde van Christus hebben wij slechts het topje van de ijsberg gezien. Lees de Evangeliën en bestudeer het Nieuwe Testament om Zijn liefde beter te leren kennen.


Hoe worden wij door de liefde van Christus beïnvloed?

Wij leven niet meer voor onszelf maar voor Hem die voor ons is gestorven. Wij wandelen in de liefde, leven voor de gerechtigheid en zijn volijverig in goede werken. Gods woord nemen wij aan. Wij zijn meer dan overwinnaars door Hem die ons heeft liefgehad. Van Zijn liefde kan niets ons scheiden, en voor eeuwig zullen wij bij Hem zijn.


Is de liefde van Christus de drijfveer van ons leven?

Vanwege onze motieven en prioriteiten, moge wij met Paulus kunnen zeggen: “De liefde van Christus dringt ons!” Amen.

Roy Davison

De schriftgedeelten in dit artikel zijn uit de NBG-1951 Vertaling,
© Nederlands Bijbelgenootschap (tenzij anders aangeduid).

Published in The Old Paths Archive
(http://www.oldpaths.com)