Zij bleven volharden bij het onderwijs van de apostelen
Van de eerste gemeente van Christus lezen wij: "En zij bleven volharden bij het onderwijs der apostelen en de gemeenschap, het breken van het brood en de gebeden" (Handelingen 2:42).
Om in werkelijkheid christenen en gemeenten van Christus te zijn, moeten ook wij bij het onderwijs van de apostelen blijven volharden.
Te volharden is "het eenmaal aangevangene ten volle uitvoeren, doorgaan met, standvastig blijven in iets" (VanDale).
Wat is het onderwijs van de apostelen? Het is wat de apostelen op gezag van Christus door ingeving van de Heilige Geest geleerd hebben, zoals in het Nieuwe Testament opgetekend.
Jezus zei aan Petrus: "Ik zal u de sleutels geven van het Koninkrijk der hemelen, en wat gij op aarde binden zult, zal gebonden zijn in de hemelen, en wat gij op aarde ontbinden zult, zal ontbonden zijn in de hemelen" (Matteüs 16:19).
Aan de twaalven zei Hij: "Voorwaar, Ik zeg u, al wat gij op aarde bindt, zal gebonden zijn in de hemel, en al wat gij op aarde ontbindt, zal ontbonden zijn in de hemel" (Matteüs 18:18). Het onderwijs van de apostelen is niet door hen zelf uitgevonden. Het stemt overeen met de beschikking van God.
Door goddelijke leiding hebben de apostelen leerstellingen en praktijken voor de gemeente vastgelegd, niets anders dan wat God in de hemel had vastgelegd.
Door goddelijke inspiratie hebben de apostelen dingen ook ontbonden, het Oude Verbond, bijvoorbeeld, dingen die God in de hemel had ontbonden.
De apostelen waren gezanten van Christus door Gods Geest geleid.
Toen Jezus de tweeënzeventig profetisch macht gaf en uitzond om te prediken, zei Hij: "Wie naar u hoort, hoort naar Mij; en wie u verwerpt, verwerpt Mij; en wie Mij verwerpt, verwerpt Hem, die Mij gezonden heeft" (Lucas 10:16).
Eén trukje van sommige valse leraars is te beweren dat wij wel naar de woorden van Jezus in de Evangelieën moeten luisteren, maar dat wij de leer van de apostelen in de latere boeken niet moeten gehoorzamen.
Maar in de Evangelieën zelf zegt Jezus dat wij naar Zijn apostelen moeten luisteren, en dat wij Hem verwerpen indien wij hun woorden verwerpen.
Slechts een deel van de leer van Christus werd tijdens Zijn leven op aarde bekendgemaakt. Na Zijn hemelvaart heeft Hij de apostelen nog vele bijkomende leerstellingen via de Heilige Geest geopenbaard. Kort voor Zijn dood zei Hij hun: "Nog veel heb Ik u te zeggen, maar gij kunt het thans niet dragen; doch wanneer Hij komt, de Geest der waarheid, zal Hij u de weg wijzen tot de volle waarheid; want Hij zal niet uit Zichzelf spreken, maar al wat Hij hoort, zal Hij spreken en de toekomst zal Hij u verkondigen" (Johannes 16:12,13). "Maar de Trooster, de Heilige Geest, die de Vader zenden zal in mijn naam, die zal u alles leren en u te binnen brengen al wat Ik u gezegd heb" (Johannes 14:26).
De Heilige Geest heeft de volle waarheid aan de apostelen geopenbaard, Hij heeft hen alles geleerd, ook dingen die Jezus tijdens Zijn leven op aarde nog niet had bekendgemaakt.
Wanneer mensen beweren dat de woorden van Jezus in de Evangelieën gezaghebbend zijn, maar de woorden van de apostelen niet, verwerpen zij de woorden van Jezus in de Evangelieën, want Jezus zei dat wij de apostelen moeten gehoorzamen, anders verwerpen wij zowel Hem als de Vader.
De gemeente is gebouwd op het onderwijs van de apostelen, wat niets anders is dan de leer van Christus, door hen bekendgemaakt en nadien in het Nieuwe Testament te boek gesteld. De apostelen en profeten vormen samen met Christus het fundament van de gemeente: "Zo zijt gij dan geen vreemdelingen en bijwoners meer, maar medeburgers der heiligen en huisgenoten Gods, gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, terwijl Christus Jezus zelf de hoeksteen is" (Efeziërs 2:19,20).
Ook in de eerste eeuw waren er valse leraars die het gezag van de apostelen verwierpen. Paulus waarschuwde: "Indien iemand meent een profeet of geestelijk mens te zijn, laat hij dan wel weten, dat hetgeen ik u schrijf, een gebod des Heren is. Maar als iemand hiermede niet rekent, dan wordt met hem niet gerekend" (1 Korinthiërs 14:37,38).
Onder de verschillende vermaningen in zijn brief, had Paulus net gezegd: "Zoals in alle gemeenten der heiligen moeten de vrouwen in de gemeenten zwijgen; want het is haar niet vergund te spreken" (1 Korinthiërs 14:34). Dit is Gods gebod via Paulus. Wie zulke leerstellingen van Paulus niet erkent, wordt niet erkent.
Wij moeten mensen mijden die het gezag van de apostelen verwerpen: "Maar ik vermaan u, broeders, dat gij hen in het oog houdt, die, in afwijking van het onderwijs, dat gij hebt ontvangen, de onenigheden en de verleidingen veroorzaken, en mijdt hen. Want zulke lieden dienen niet onze Here Christus, maar hun eigen buik, en misleiden door hun schoonklinkende en vrome taal de harten der argelozen" (Romeinen 16:17,18).
Mensen die afwijken van de leer van de apostelen, veroorzaken verdeeldheid en afvalligheid. Wij moeten zulke mensen ontwijken, uit de weg gaan. Al komen zij af met vrome en schoonklinkende woorden, zij zijn geen dienaars van Christus; zij dienen hun eigen buik, hun eigen lage en onedele verlangens. Wij hebben het bevel hen te mijden.
Het is uitsluitend via de apostelen en hun leer dat wij met God en Christus gemeenschap kunnen hebben. Johannes schreef: "Hetgeen wij gezien en gehoord hebben, verkondigen wij ook u, opdat ook gij met ons gemeenschap zoudt hebben. En onze gemeenschap is met de Vader en met zijn Zoon Jezus Christus" (1 Johannes 1:3).
De namen van de twaalf apostelen staan op de fundamenten van de muur van Sion (Openbaring 21:14). De hemelstad komen wij niet binnen tenzij wij in het onderwijs van de apostelen blijven volharden.
Roy Davison
De schriftgedeelten in dit artikel zijn uit de Nieuwe Vertaling, © Nederlands Bijbelgenootschap 1951 (tenzij anders aangeduid).
Published in The Old Paths Archive
(http://www.oldpaths.com)