Laten wij nuchter zijn

"Laten wij dan ook niet slapen gelijk de anderen, doch wakker en nuchter zijn. Want die slapen, slapen des nachts en die zich bedrinken, zijn des nachts dronken, maar laten wij, die de dag toebehoren, nuchter zijn" (1 Tessalonicenzen 5:6 t/m 8).

Wat betekent het om nuchter te zijn? Nuchterheid is het tegenovergestelde van bedwelming of dronkenschap. In het Nieuwe Testament betekent dit woord voor 'nuchter-zijn' vrij-zijn van alle vormen van intoxicatie, zowel lichamelijk als geestelijk. Bij bedwelming is iemand verward in zijn denken. Hij denkt niet helder, en hij onderschat risico's en gevaren. Er zijn graden van intoxicatie, maar nuchter-zijn is absoluut. Nuchterheid is de afwezigheid van bedwelming.

"Omgordt dus de lendenen van uw verstand, weest nuchter" (1 Petrus 1:13). De uitdrukking 'omgordt uw lendenen' betekent 'weest klaar voor actie'. Wij moeten dus klaar zijn voor geestelijke activiteit, wij moeten geestelijk alert zijn, en nuchterheid is daarvoor vereist.

Het bevel om nuchter te zijn is een deel van de gezonde leer. Paulus schreef aan Timoteüs: "Maar gij, kom uit voor hetgeen met de gezonde leer strookt. Oude mannen moeten nuchter zijn, waardig, bezadigd, gezond in het geloof, de liefde en de volharding. Oude vrouwen eveneens, priesterlijk in haar optreden, niet kwaadsprekend, niet verslaafd aan veel wijn, in het goede onderrichtende" (Titus 2:1 t/m 3).

Oudere mannen moeten nuchter zijn en oudere vrouwen mogen niet aan veel wijn verslaafd zijn. Hoewel dit vers aan de ouderen wordt gericht, geldt dit voor iedereen. Verslaafd-zijn betekent door iets overmeesterd worden. Iemand die aan alcohol is verslaafd moet iedere dag een bepaalde hoeveelheid hebben. Alcohol is een verslavende drug die de lichamelijke functies onderdrukt en de geest afstompt.

Om als oudste aangesteld te worden, mag een man niet aan de wijn verslaafd zijn (1 Timoteüs 3:3; Titus 1:7). Bij verslaafdheid is er een overweldigende drang om de drug te gebruiken omdat het lichaam een chemische afhankelijkheid eraan ontwikkeld heeft, dikwijls met een psychologische afhankelijkheid erbij. Pijnlijke en kwellende onthoudingsverschijnselen doen zich voor indien de gebruikelijke hoeveelheid niet wordt bekomen.

Een verslavende drug veroorzaakt veranderingen in de chemie van het lichaam die compenserende reacties teweegbrengen in een poging om de verminderde faciliteiten te herstellen. Alcohol onderdrukt het centrale zenuwstelsel en vertraagt lichamelijke functies zoals hartslag en algemene gevoeligheid. Dus werkt het lichaam dit tegen door het hart te versnellen en de gevoeligheid op te drijven. Zelfs nadat de alcohol door de lever wordt verwijderd, blijft de compensatie voor enige tijd. Dit maakt de persoon gespannen, ongerust en hypergevoelig. Dus hunkert hij naar alcohol om de hypergevoeligheid tegen te gaan.

Alcohol is ook een gemoedsveranderende drug. Die heeft een kalmerende uitwerking, vermindert inhibities en veroorzaakt een kunstmatig gevoel van veiligheid en welzijn. Wegens de compensatie van het lichaam echter, moet men steeds meer alcohol hebben om dezelfde kik te bekomen. Aangezien de aangename uitwerking alleen aanwezig is terwijl het alcoholgehalte in het bloed aan het stijgen is, en omkeert wanneer het alcoholniveau daalt, kan het gebruik van alcohol gemakkelijk een vicieuze cirkel van toenemend compulsief gebruik worden. "Wijn en most nemen het verstand weg" (Hosea 4:11). Verschillende stoffen hebben verschillende niveau's van verslavende uitwerking, en de reactie van verschillende mensen op verslavende stoffen is verschillend.

Christenen worden bevolen nuchter te zijn, dus moeten wij intoxicatie en verslaving aan alcohol vermijden. Betekent dit dat een christen nooit iets mag drinken waar er zelfs een kleine hoeveelheid alcohol in zit?

Volgens het Nieuwe Testament heeft Jezus wijn gedronken: "Want Johannes de Doper is gekomen, geen brood etende of wijn drinkende, en gij zegt: Hij heeft een boze geest! De Zoon des mensen is gekomen, wèl etende en drinkende, en gij zegt: Zie, een vraatzuchtig mens en een wijndrinker, een vriend van tollenaars en zondaars!" (Lucas 7:33 t/m 35 // Matteüs 11:18,19). Deze beschuldigingen waren uiteraard vals. Jezus was niet vraatzuchtig en was geen drinkebroer, maar wel heeft Hij wijn gedronken.

Wijn was een hoofdbestanddeel in de voeding in bijbelse tijden. Het woord 'wijn' hield in zowel gegiste als ongegiste druivesap. Druivesap werd ingemaakt zowel door gisting als door afkoking tot de helft of een derde van het oorspronkelijke volume om een ongegiste geconcentreerde sap te verkrijgen dat jaren goed bleef.

In onze tijd wordt het alcoholgehalte van de meeste wijnen kunstmatig verhoogd door het toevoegen van suiker tijdens de gisting, en verrijkte wijnen (zoals Port en Sherry) hebben extra alcohol rechtstreeks toegevoegd.

In bijbelse tijden was het gebruikelijk om de sterkte van wijn te verminderen door het toevoegen van twee of drie delen water bij één deel wijn. Hierdoor hielden de Joden rekening met de waarschuwingen tegen sterke drank in het Oude Testament (Spreuken 20:1; Jesaja 5:11).

De formulering in Openbaring 14:10 verwijst naar deze gewoonte: "die zal ook drinken van de wijn van Gods gramschap, die ongemengd is toebereid in de beker van zijn toorn."

De wijsheid van het aanlengen van wijn wordt door modern onderzoek bevestigd. Alcohol schaadt de huid, de hersens, de lever, het hart en andere delen van het lichaam, en heeft de dood tot gevolg wanneer het alcoholgehalte in het bloed tot 0,4 procent stijgt.

Mnesitheus, een Atheense arts uit de vierde eeuw vóór Christus, schreef over wijn: "In het dagelijks leven, voor wie die met mate mengt en drinkt, is hij heilzaam. Maar indien u de grens overschrijdt, berokkent hij schade. Half en half gemengd, en u krijgt gekheid! Ongemengd, lichamelijk verval!" Eubulus, een Atheense schrijver en staatsman uit diezelfde tijd, schreef dat het schadelijk is om wijn te drinken sterker dan drie delen wijn met negen delen water.
Aangehaald door Athenaeus in Deipnosophistae of Tafelgesprekken. Het oorspronkelijke in een Engelse vertaling kan op blz. 58 en 59 op deze website van de Universiteit van Wisconsin gevonden worden, gevolgd door een aanhaling van Eubulus met gelijkluidend inhoud:
http://digicoll.library.wisc.edu/cgi-bin/Literature/Literature-idx?type=turn&entity=Literature000801870064&isize=M&q1=Mix&q2=half&pview=hide

De wijn die Jezus gebruikte, had dus veel minder alcohol dan de meeste wijnen in onze tijd.

Wie het voorbeeld van Jezus wil volgen, moet ook onthouden dat Hij nooit heeft gezondigd: "Want wij hebben geen hogepriester, die niet kan medevoelen met onze zwakheden, maar één, die in alle dingen op gelijke wijze (als wij) is verzocht geweest, doch zonder te zondigen" (Hebreeën 4:15). Aangezien wij bevolen worden nuchter te zijn, en omdat zowel dronkenschap als verslaving in de Schrift veroordeeld worden, heeft Jezus nooit, zelfs niet ene keer, teveel gedronken, en Hij was niet aan de wijn verslaafd.

Timoteüs, die voordien geen wijn dronk, werd door Paulus aangemoedigd om een beetje wijn als medicament te gebruiken: "Drink voortaan niet (alleen) water, maar gebruik een weinig wijn voor uw maag en voor uw gedurige ongesteldheden" (1 Timoteüs 5:23).

Hieruit mogen wij concluderen dat het geen zonde is om kleine hoeveelheden wijn te drinken zolang men volledig nuchter blijft en niet verslaafd is.

De Schrift leert echter ook dat er omstandigheden zijn waar men helemaal niets mag drinken. Priesters onder het Oude Verbond mochten geen wijn drinken terwijl zij dienst deden. "Wijn of bedwelmende drank zult gij niet drinken, gij noch uw zonen, wanneer gij de tent der samenkomst binnengaat, opdat gij niet sterft -- het is een altoosdurende inzetting voor uw geslachten -- opdat gij scheiding kunt maken tussen heilig en onheilig, tussen onrein en rein, en opdat gij de Israëlieten kunt onderwijzen in al de inzettingen die de HERE door de dienst van Mozes tot hen gesproken heeft" (Leviticus 10:9 t/m 11). "Geen der priesters zal wijn drinken, wanneer zij de binnenste voorhof zullen ingaan" (Ezechiël 44:21).

Hoewel dit niet meer als wet geldt, dienen wij ons toch af te vragen in hoeverre de beredenering en principes achter deze beperking nog kunnen gelden voor gemeenteleiders onder het Nieuwe Verbond.

Mensen in belangrijke posities behoren niet te drinken. "Het past koningen niet, o Lemuël, het past koningen niet wijn te drinken, noch machthebbers bedwelmende drank te begeren, opdat hij niet drinke en de inzettingen vergete en het recht van alle verdrukten verkere" (Spreuken 31:4,5).

In onze tijd geldt dit voor wie een voertuig bedient. Zelfs wereldse mensen moedigen bestuurders aan om helemaal niets te drinken met de leus: "Glaasje op? Laat je rijden!"

Gezondheidsoverwegingen zijn er ook. De Gezondheidsraad van Nederland adviseert vrouwen die zwanger willen worden en zwanger zijn, geen druppel alcohol te drinken omdat zelfs door kleine hoeveelheden alcohol in het bloed van de moeder hersenschade aan het ongeboren kind kan veroorzaakt worden.
Risico's van alcoholgebruik bij conceptie, zwangerschap en borstvoeding. Den Haag: Gezondheidsraad, 2005; publicatie nr 2004/22.

Men moet ook in beschouwing nemen dat wegens het lagere bloedvolume, vrouwen meer gevoelig voor alcohol zijn dan mannen. Een half glas wijn veroorzaakt gemiddeld hetzelfde percentage alcohol in het bloed van een vrouw als een heel glas bij een man. Uit sommige studies blijkt dat alcohol-gebruik door een vader, hersenschade bij zijn kinderen kan veroorzaken.

Omdat hun hersens nog aan het ontwikkelen zijn, kan alcohol ook hersenschade aan kinderen en tieners veroorzaken. Daarom wordt door de Amerikaanse Medische Vereniging aanbevolen dat niemand beneden 21 jaar alcohol zou mogen drinken.

Bepaalde medicaties, o.a. vele pijnstillers, mogen niet met alcohol gecombineerd worden. Zelfs kleine hoeveelheden alcohol kunnen bij sommige mensen migraine en paniekaanvallen teweegbrengen, nadat de alcohol is verdwenen.

Een alcoholist mag helemaal geen alcohol drinken. Iedereen kan aan alcohol verslaafd geraken. Bepaalde mensen zijn echter uiterst gevoelig voor alcoholverslaving. Deze ongeneselijke toestand heet alcoholisme. Er wordt geschat dat tussen 5 en 7% van de bevolking actieve alcoholisten zijn. Het percentage van latente alcoholisten is moeilijk te schatten, maar men vermoedt dat dit ook tussen 5 en 7% is. Hoewel latente alcoholisten alcohol nooit hebben gebruikt, wegens hun gesteldheid, zouden zij verslaafd worden indien zij dat wel deden.

Men heeft ontdekt dat het lichaam van een alcoholist snel compenseert voor alcohol, hetgeen betekent dat hij alcohol kan drinken zonder dat hij dronken lijkt te zijn. Maar precies omdat zijn lichaam zich zo snel aan alcohol aanpast, wordt hij ook snel afhankelijk en verslaafd, en kan niet zonder alcohol als hij eenmaal begint te drinken. Geleidelijk aan heeft hij meer en meer nodig om geen kwellende onthoudingsverschijnselen te hebben. Dus wordt hij gevangen in een vicieuze cirkel, en alcohol vernietigt uiteindelijk zijn gezondheid en maakt zijn leven kapot, tenzij hij de werkelijkheid kan aanvaarden dat de enige oplossing voor hem is dat hij helemaal niets drinkt.

Alcoholisme manifesteert zich op verschillende manieren. Compulsief gebruik van alcohol kan òf doorlopend òf terugkerend zijn.

Sommige alcoholisten beginnen door iedere dag een kleine hoeveelheid alcohol te drinken, en hoewel zij in het begin nooit de indruk geven dronken te zijn, neemt de hoeveelheid alcohol die zij dagelijks nodig hebben geleidelijk toe totdat de alcohol in hun bloed uiteindelijk hun persoonlijke, familiale, sociale en professionele activiteiten begint te storen.

Andere alcoholisten drinken niet iedere dag, maar kunnen niet na één drank stoppen: één drank leidt tot een andere, en nog een andere. Na teveel gedronken te hebben, kunnen de slechte gevolgen hen dan aanzetten voor een tijd niets te drinken. Maar de volgende keer dat zij een alcoholische drank hebben, gebeurt hetzelfde.

De oorzaken van alcoholisme zijn complex. Bij de verschillende onderliggende factoren is er een genetisch element. Studies hebben uitgewezen dat (waar in de algemene bevolking de kans alcoholist te zijn tussen 10 en 15% ligt), er een kans van 25% is dat het kind van een alcoholist ook uiterst gevoelig voor alcoholverslaving zal zijn. Het is geen oneer deze ingeboren gevoeligheid te hebben, maar wie deze wel heeft, moet het feit kunnen aanvaarden, dat hij alcohol volledig moet vermijden om niet verslaafd te raken.

Enkele vroege waarschuwingsverschijnselen van alcoholisme zijn: een bepaalde hoeveelheid alcohol iedere dag te moeten hebben; meerdere glazen drinken hoewel men van plan was slechts één te nuttigen; een hunkering naar en een enthousiasme voor alcoholische dranken; iets vóór stresssituaties te drinken; iets te drinken om de zenuwen te kalmeren; op zijn eentje drinken; iets in de voormiddag drinken; verzuim van verantwoordelijkheden om alcohol te kopen; een toenemende vatbaarheid voor ongelukken; het verbergen van de hoeveelheid die men drinkt voor familie en vrienden; het ontkennen dat er een probleem is wanneer anderen opperen dat teveel wordt gedronken.

Ontkenning komt veel voor zelfs in uiterst gevorderde stadia van alcoholisme! De verslaafde denkt niet helder over zijn alcoholgebruik. Zelfs naaste familieleden kunnen ook in ontkenning zijn en excuses voor de alcoholist maken!

Christenen moeten nuchter zijn. Wij mogen onze geest niet met alcohol bedwelmen of aan alcohol verslaafd zijn.

"Wordt dus alert in uw denken, weest nuchter" (1 Petrus 1:13 RD).

Het vermijden van alcoholmisbruik is een kwestie van leven en dood, zowel lichamelijk als geestelijk. Door alcohol maakt de satan het leven van velen kapot en verandert menig familiekring in een hel op aarde. Naast de duizenden sterfgevallen ieder jaar door alcoholvergiftiging en door alcoholverwante ziekten zoals leveruitval, is alcohol betrokken bij 50% van aanhoudingen, bij 40% van dodelijke verkeersongevallen, bij 30% van sterfgevallen door brand, bij 30% van verdrinkingen en bij 20% van zelfmoorden. "Wordt nuchter en waakzaam. Uw tegenpartij, de duivel, gaat rond als een brullende leeuw, zoekende wie hij zal verslinden" (1 Petrus 5:8).

Laten wij nuchter zijn. "Laten wij dan ook niet slapen gelijk de anderen, doch wakker en nuchter zijn. Want die slapen, slapen des nachts en die zich bedrinken, zijn des nachts dronken, maar laten wij, die de dag toebehoren, nuchter zijn" (1 Tessalonicenzen 5:6 t/m 8).

Roy Davison

De schriftgedeelten in dit artikel zijn uit de NBG 1951 vertaling (tenzij anders aangeduid).


Published in The Old Paths Archive
(http://www.oldpaths.com)